De Vlaminckhorst is een eeuwenoud landgoed , waarvan 5 ha overgebleven zijn. Het grenst aan de bebouwde kom van Heino. Het is een plaats waar het ontstaan van Heino en haar rijke historie nog terug te vinden is. In de 13e eeuw werden boerderijen gebouwd op de grens van de hoge en de lage gronden. Dit was het begin van het ontstaan van Heino. Geschiedschrijving spreekt reeds van een boerderij op de plaats met de naam Vlaminckhorst in de 13e eeuw.

In de Middeleeuwen was het gebruik dat de boeren hun pacht aan de landeigenaren betaalden in landbouwproducten. Voor de opslag hiervan werden opslagschuren gebouwd, zogenaamde “spiekers”.

In de 17e en 18e eeuw gaan de gegoede landeigenaren uit Zwolle deze spiekers ombouwen tot zomerverblijven. Deze spiekers kenden geen keuken omdat de boerin geacht werd te koken voor de landeigenaar. Rondom Heino hebben een twintigtal spiekers gestaan. In de loop van de tijd zijn deze of afgebroken of uitgebouwd tot landhuizen zoals Het Rozendael en De Gunne in Heino. Voorzover bekend is De Vlaminckhorst de enige spieker in Oost Nederland die zich nog in de oorspronkelijke staat bevindt.

De huidige bebouwing van De Vlaminckhorst dateert van 1858. Toen zijn de spieker en boerderij in deze vorm gebouwd. Een op het erf aanwezige zwarte houten veeschuur die naast de boerderij staat is nog ouder en dateert van ongeveer 1810. Vóór deze bebouwing stond op dezelfde plaats een boerderij met een jachtkamer. De jachtkamer diende als plaats voor de landeigenaar met zijn jagende vrinden...

Het besef dat de oorsprong van Heino en de ontwikkeling van Heino terug te vinden is in dit gebied, brengt de mogelijkheid met zich mee om dit aan anderen te laten zien en om erover te vertellen. Met de historische vereniging “Omheining” wordt verkend hoe samen met scholen en andere geïnteresseerden hier een educatief programma voor te maken is. Deze vereniging heeft al toegezegd allerlei passende gebruiksvoorwerpen die zij in opslag heeft ter beschikking te stellen.

Met de Stichting Duurzaam Heino wordt bekeken op welke wijze de renovatieplannen verbonden kunnen worden met de duurzaamheidsopgaven om energieneutraal te opereren en om de beleving van natuur vroeger en nu dichter bij de mensen te brengen. Zowel educatieve als duurzaamheidsprogramma’s kunnen gebruik maken van de deel welke uitermate geschikt is voor het ontvangen van groepen en om het bovenstaande ‘zichtbaar’ te maken.

De ruimte van de deel als ook de Engelse landschapstuin zullen ook uitermate geschikt zijn voor het realiseren van kleinschalige cultuurprogramma’s zoals muziek en theater.

Herbestemming
Uitgaande van het idee om de spieker en de boerderij in oude staat te herstellen ontstaat de gelegenheid om qua ruimtelijke voorziening een verbinding aan te gaan met educatie en cultuur. Dit vraagt vooral voor de boerderij en in het bijzonder voor de deel een extra investering. Hierbij valt te denken aan het isoleren van het rieten dak, het aanbrengen van vloer- en muurisolatie. Het realiseren van toiletten, een goed geoutilleerde keuken voor het schenken van koffie, thee en een drankje en een installatie om het geheel adequaat te kunnen verwarmen. Bovendien zal er ruimte gecreëerd moeten worden voor een fietsenstalling.

Deze investeringen zijn onderdeel van de totale investeringen om het gehele landgoed met zijn bijzondere kenmerken zoals boven beschreven in ere te herstellen.

Exploitatie
Er zal niet gekozen worden voor een permanente expositieruimte, maar een voorziening die op afspraak beschikbaar is om te musiceren, om theater te beoefenen en om educatieve programma’s met het oog op de cultuur historische waarde van het geheel over het voetlicht te brengen. Derhalve zal er gewerkt worden met vrijwilligers en zullen de exploitatiekosten worden beperkt tot onderhoudslasten, schoonmaakkosten en verbruikskosten voor consumpties. Indien dit gerealiseerd kan worden met gesloten beurs dan is dit in principe voldoende. Het zal dan ook geen concurrerende voorziening mogen/moeten worden voor de plaatselijke horeca. Hoogstens een aanvullende waarvoor de bestaande horeca als cateraar optreedt.

Het erf zal zijn oorspronkelijk karakter van boerenerf terugkrijgen. Hierbij wordt gedacht aan de toevoeging van een hooimijt en het bouwen van een kapschuur met daarin originele landbouwwerktuigen uit vervlogen tijd. Ook de mogelijkheid om kippen los te laten lopen, het plaatsen van een bijenstal en om een varkensbrink opnieuw te realiseren zal de beleving van het oude boerenerf doen herleven. Een hoogstamfruitboomgaard en een origineel gesitueerde moes- en bloementuin zullen dit nog eens versterken.

Het landgoed is langs de randen toegankelijk voor het publiek. Door de singel en het hakbosje op de es loopt een wandelpad. Dit wandelpad zal worden verbonden met een wandelpad dat loopt over de bolle ronding van de es van noord naar zuid. De beleving van de es en van de hoogteverschillen wordt dan optimaal gerealiseerd. Op termijn zal de bebouwing op de es worden aangepast aan de gewassen die op een es verbouwd “horen” te worden. Te denken valt aan vlas of rogge.

De Engelse landschapstuin zal in ere worden hersteld door de vijver uit te baggeren, deze vijver werd vroeger gebruikt om vis uit te halen voor de maaltijd. Bovendien wordt de padenstructuur hersteld. De tuin zal op diverse plaatsen met rododendrons worden verfraaid en het open landschap/ weiland dat grenst aan de landschapstuin zal met rododendrons en solitairen worden verrijkt.

Aan de oostzijde van de spieker zal de bestaande singel worden verdicht en breder worden gemaakt. Weilanden en paden zullen toegankelijk worden gemaakt met passende landschapshekken en bruggetjes.